Over de schrijver

Mijn foto
is columnist bij Vitesse Inside. De artikelen van dit blog verschijnen ook daar. Contact: plusvite1892@gmail.com Facebook: www.facebook.com/plus.vite.39

maandag 31 oktober 2016

Gezeik

Je kent dat wel: de natte pies. Bijna niks gedronken en toch de hele tijd moeten plassen. En bepaald geen druppeltjes. Het lijkt wel of je op zo’n moment je hele lichamelijke watervoorraad kwijt moet. En aangezien we uit ruim 70 % water bestaan, kan ik met mijn 85 kilo wel even wat lozen. Thuis zou dat niet zo erg zijn geweest, je gaat wanneer je moet en zet de tv op stand-by. Zelfs tijdens het voetbal, je wilt toch niks missen?

Zaterdagavond was zo’n avond. Ik moest de hele tijd. Tribune af, trappetje af, hup, daar stond ik weer. Ik kon de wedstrijd natuurlijk niet even op stand-by zetten, maar ach, na de 0-1 zou ik toch niet veel missen. Helaas.

Op weg naar het toilet kwam ik een groepje mannen tegen op de promenade. Ze stonden bij een paal met een potje bier in de hand. Duidelijk supporters. Vitesse-shirtje aan, das om, petje op. Waarschijnlijk even een pilsje pakken om de vroege achterstand te verwerken. Even lekker zeiken over de wedstrijd. Uiterst relaxed stonden de heren met elkaar te ouwehoeren, zonder ook maar een blik op één van de schermen te werpen. De handelingen op het veld waren blijkbaar even niet belangrijk. Een beetje begrijpen kon ik dat wel.


Toen ik voor de rust alweer moest, stonden ze er nog steeds. Dezelfde geïnteresseerde gesprekshouding en nog steeds schijnbaar onverschillig wat betreft de wedstrijd. Ook wat verder op de promenade stonden groepjes mannen geanimeerd met elkaar te kletsen. Vreemd. Hoewel, het was me wel vaker opgevallen dat er tijdens de wedstrijd gewoon mensen op de promenade staan te praten. Misschien ging ik er wel vanuit dat het medewerkers waren, of EHBO-mensen of zo. Mensen die blijkbaar minder interesse in voetbal hebben en er zijn om hun ding te doen. Maar niets bleek minder waar. Het waren echte supporters die daar stonden. Daar kon geen misverstand over bestaan.

De tweede helft ging het mij niet beter af, nog steeds liep de blaas vol. Kwam het door de asperges uit blik, de komkommer of was het de appelazijn in de sla? Ach, wat maakt het ook uit, het schijnt goed te zijn voor je lichaam. Detox of zo.
Terwijl ik de trap afliep, zag ik de heren alweer staan. Nog steeds met bier in de hand, waarschijnlijk niet hetzelfde potje als voor de rust en nog steeds lekker aan de klets. Ook de heren verderop waren er nog. En om het verhaal compleet te maken, ook bij mijn vierde toiletbezoek vulden zij de promenade alsof het een receptie was.

Ik ben te beleefd of niet moedig genoeg om het gesprek van de heren af te luisteren. Dus waar ze het over hadden, ik heb geen idee. En echt belangrijk of interessant zal het ook niet geweest zijn. Toch vind ik dat vreemd, een seizoenkaart kost niet niks en om dan juist tijdens de wedstrijden lekker met elkaar te beppen. Ik snap het niet.

Maar ik heb zo de indruk dat als het Vitesse wat meer voor de wind gaat –en daar ben ik van overtuigd- ook deze heren hun seizoenkaart weer gaan gebruiken waarvoor ze hem in eerste instantie hebben aangeschaft. Dan zal de promenade leeg zijn op de medewerkers na. Ik hoop alleen dat ik dan geen last meer heb van de natte pies om dat te kunnen controleren. Dan wil ook ik niks missen van wat er op het veld gebeurt.

dinsdag 18 oktober 2016

Derby

Zondag is het weer zo ver. De derby. Onze derby, wel te verstaan, want er zijn er wel meer in de eredivisie. De derby van het noorden, de Brabantse derby, dit jaar zelfs weer de Rotterdamse stadsderby tussen Sparta en Feijenoord. Dat er daar nog een stadsderby is, gaat meestal aan ons voorbij. Feijenoord tegen Excelsior wordt zelden een derby genoemd. De belangen van de twee clubs zijn teveel vervlochten en het is vaak ook een wedstrijd van David tegen Goliath. Bovendien leeft het derbygevoel daar niet.

Nee, neem dan de derby van het oosten. Misschien wel de meest aansprekende van heel Nederland. In ieder geval in Arnhem en Nijmegen vinden ze dat. De derby leeft. Ook tussen de twee steden zelf is dat te merken, maar het uit zich wel het duidelijkst bij de supporters van de plaatselijke voetbalclubs. Soms is de afgunst zelfs zo groot dat een nederlaag van de ‘vijand’ nog meer op prijs gesteld wordt dan de eigen overwinning. En ach, zo lang het maar niet uit de hand loopt, hoort het erbij, zullen we maar zeggen.


Zondag krijgt de rivaliteit een bijzonder aspect. De verloren zoon keert terug in de Goffert. Maar wel in het geel-zwart. En dat is een bijzondere gebeurtenis, waar Navarone Foor de hoofdrol bij zal spelen. De publiekslieveling die het gewaagd heeft om over te lopen naar de aardsvijand. Maar het moet gezegd worden, het is opvallend rustig gebleven in Nijmegen tijdens en na zijn overgang naar Arnhem. De vraag is alleen of dat zondag ook zo zal zijn.

Natuurlijk zal een fluitconcert zijn deel zijn als hij het veld betreedt. En natuurlijk zal dat ook het geval zijn als hij aan de bal komt. Maar Navarone zal er op voorbereid zijn. Als je het aandurft om als kind van de club de overstap te maken naar de gehate club uit Arnhem, zul je waarschijnlijk ook niet bang zijn voor de consequenties. De vanzelfsprekende consequenties.

Ik moet zeggen dat ik erg benieuwd ben of (een deel van) de harde kern van NEC zich zondag ook zo rustig houdt. Een kleine groep rauwdouwers heeft al vaker laten zien niet terug te deinzen voor acties die veel te ver gaan. Zowel het clubbestuur van NEC als de ordehandhavers in Nijmegen zullen zich daar ongetwijfeld  ook bewust van zijn. Daarbij hoop ik dat onze supporters zich niet zullen laten verleiden tot een ondoordachte reactie op eventuele ongepaste acties van de Nijmeegse aanhang. De verantwoordelijken in ODW zullen er zelf wel raad mee weten.


En er is trouwens maar één goede manier om die gasten stil te krijgen en excessen te voorkomen en dat moet op het veld gebeuren. Het beste antwoord op provocaties kan Navarone zelf geven. Met zijn voeten. En zo zorgen dat de tribunes het zwijgen wordt opgelegd. Laten we hopen dat hij het stadion, net als vorige seizoenen vaak het geval was, plat zal spelen.

dinsdag 4 oktober 2016

Beloning

Het was zaterdag weer als vanouds. Zoals vroeger ook vaak op Monnikenhuize. Tenminste de eerste helft dan. Eén en al gemopper en gekanker, cynische grapjes en ergernis op de tribune. Enigszins begrijpelijk was het wel. Het leek erop dat er geen lering getrokken was uit de les in Enschede.

Henk Fraser was duidelijk geweest. Zo kon het niet langer. Hij wilde strijd zien, een hoger baltempo, meer beleving. Hij zou er alles aan doen om dat er bij Vitesse in te krijgen. Ik moet zeggen dat ik wel geloof in die goede wil. Henk ziet ook wel dat er veel voetbal in de ploeg zit, maar dat het nog aan iets ontbreekt, iets wat bij hemzelf vroeger altijd -en soms wel eens teveel- aanwezig was: onvoorwaardelijke strijd.  Maar hoe krijg je dat erin? Het leek er tijdens de eerste helft op dat hij het lontje nog niet had gevonden.

Maar wat mij die saaie eerste helft wel opviel was de onvoorwaardelijke steun vanaf de Theo Bos-tribune. Het is niet moeilijk om supporters enthousiast te krijgen als de resultaten en het spel goed zijn. In Nederland kom je het, in tegenstelling tot Engeland, niet vaak tegen dat men achter de ploeg blijft staan als het minder gaat. Maar hoe bedroevend het gebeuren tijdens de eerste helft op het veld ook was, het enthousiasme onder de geel-zwarte meute leek er niet minder om. Vanaf de eerste
minuut werd er gejuicht, geapplaudisseerd en vooral gezongen, onafgebroken gezongen. Onder het ritmisch getrommel en gewapper van nieuwe vlaggen (vooral die met het wapen van Arnhem vind ik zeer geslaagd) bleven ze achter de ploeg staan. Sommigen gingen zo op in hun opzwepende gedrag dat ze zelf de wedstrijd maar nauwelijks konden volgen. Maar het gevolg was wel dat die saaie eerste helft nog enigszins draaglijk was. Want een stil Gelredome klinkt als de aula in een crematorium. En dat kan nooit bevorderlijk zijn voor stemming en zal negatief uitwerken op het gemoed van de spelers.

Misschien heeft Fraser het in de rust wel tegen de jongens gezegd: ‘Hoor je hoe die gasten op Zuid erin blijven geloven? Merk je dat ze niet opgeven? Ze blijven ervoor gaan! Stel ze niet teleur, ga voor hen en zorg dat ze met de borst vooruit het stadion kunnen verlaten!’
Ik weet niet of Henk dat gezegd heeft, maar feit is dat er na de rust meer passie te zien was. Met een gedreven Kashia voorop leek het elftal zich er eindelijk van bewust dat wedstrijden vaker gewonnen worden door hard te knokken dan door mooi te voetballen. Natuurlijk, als het met beide kan is het helemaal geweldig.

Die passie op het veld werd meteen beantwoord door de supporters. En gelukkig kregen de jongens van Zuid nu ook zowaar de rest soms mee. Heel af en toe leek het stadion even weer die glans op de tribune te krijgen die we al zolang missen. En gelukkig viel dan ook nog eens de winnende goal. Verdiend, maar je krijgt niet altijd wat je verdient. Nu gelukkig wel. Iedereen blij en tevreden.

Dat gevoel komt vooral die jongens (en meisjes natuurlijk) toe, die veelal op een positieve manier het team zijn blijven steunen. Eindelijk werden ze eens beloond voor die trouwe steun. Ik hoop dat dat nog heel vaak mag gebeuren.